Zienswijze Notitie Reikwijdte en detailniveau m.e.r.-procedure luchthavenbesluit Luchthaven Lelystad

15 september 2013

Graag maakt de Natuur en Milieufederatie Flevoland (NMFF) gebruik van haar mogelijkheid om een zienswijze in te dienen op de Notitie Reikwijdte en Detailniveau (hierna: de Notitie) behorende bij het voornemen Luchthavenbesluit Lelystad. De NMFF heeft zitting aan de Alderstafel Luchthaven Lelystad en vertegenwoordigt daar de belangen van de natuur en het milieu in Flevoland.

Allereerst willen wij u complimenteren om, hoewel niet verplicht, toch advies te vragen aan de commissie voor de m.e.r. In dat kader vragen wij u ook om in het MER alternatieven te onderzoeken, waaronder het Meest Milieuvriendelijk Alternatief.

De Natuur en Milieufederatie heeft aan de Alderstafel steeds een aantal punten geagendeerd die ons inziens ook nu weer in het milieueffectonderzoek een plek moeten krijgen. Wij zullen deze punten, voor zover niet in de Notitie opgenomen, hieronder uiteen zetten.

1) Vliegen boven Natura 2000 gebieden op minimaal 3.000 voet hoogte.

Op diverse momenten in het Alders proces is vastgelegd dat vliegen boven Natura 2000 gebieden altijd op minimaal 3.000 voet hoogte zal plaatsvinden. Dit betekent dat alle routes die niet aan deze voorwaarde voldoen, onacceptabel zijn.

Een route over de Oostvaardersplassen zal te maken krijgen met dalend Schipholverkeer. In kaart 1 van Bijlage 2 is deze route dan ook gestippeld getekend, omdat de betrouwbaarheid van deze route te laag is om commercieel te exploiteren. Wij vinden een route over de Oostvaardersplassen, ‘zelfs’ boven de 3.000 voet, erg onwenselijk. Niet alleen vanwege mogelijke verstoring en het niet halen van instandhoudingsdoelen van het Natura 2000 gebied Oostvaarderplassen (en Markermeer), maar ook vanwege het grote risico op aanvaring met de tienduizenden ganzen die zich hier ophouden in verschillende tijden van het jaar. Wij verzoeken u daarom deze route te schrappen, omdat er voldoende geschikte alternatieven zijn, zoals de linkslinksom route en de geoptimaliseerde linkslinksom route. De Natuur en Milieufederatie Flevoland heeft in 2009 samen met Staatsbosbeheer een alternatief plan voor vliegroutes gepresenteerd. Dit alternatief is op 6 oktober 2009 als “linksom route”  door Minister Eurlings aan de Tweede Kamer gestuurd. In uw voornemen heet deze variant de “linkslinksom” route. Deze variant is in een eerder stadium reeds als MMA beoordeeld.

 

2) De effecten van vogelwerende maatregelen

In het Aldersadvies is te lezen dat de inschatting is gemaakt dat het aanvaringsrisico op Lelystad lager zal liggen dan op Schiphol en dat daarom geen bovengemiddelde beheermaatregelen nodig zijn.

Rondom de luchthaven Schiphol worden al jaren maatregelen genomen om (grote) vogels te weren van het luchthaventerrein. Echter, gedurende de afgelopen decennia is de zone waarop vogelwerende maatregelen worden genomen steeds uitgebreid. Deze zone is van 6 kilometer rondom de luchthaven Schiphol uitgebreid naar 10 en zelfs 13 kilometer. Ganzen worden gedood in een straal van maar liefst 20 kilometer. In tegenstelling tot de passage uit het Aldersadvies zijn wij er niet op gerust dat er geen “bovengemiddelde beheermaatregelen” nodig zijn.

Maatregelen rondom Schiphol bestaan uit: populatiebeheer, inrichting en beheer van broed- en opgroeigebieden en de inrichting en beheer van foerageergebieden en landbouwgronden.

Agrariërs worden gestimuleerd om bepaalde gewassen niet te telen of om hun landbouwpraktijk aan te passen zodat het gebied onaantrekkelijk wordt voor met name ganzen. Deze landbouwmaatregelen zijn nu nog vrijblijvend, maar zouden in de toekomst een verplichtend karakter kunnen hebben.

Wanneer een zelfde type maatregelen rondom Luchthaven Lelystad zouden worden genomen in een vergelijkbare zone, zou dit grote gevolgen hebben kunnen hebben voor zowel de Natura 2000 en EHS gebieden, als ook de bedrijfsvoering van de agrariërs in deze zone.

Wij verzoeken u dan ook de gevolgen van mogelijke vogelwerende maateregelen goed in beeld te brengen, ook in het kader van de passende beoordeling.

 

3) Evaluatie

In het Aldersadvies is sprake van verschillende fases waaronder die van 25.000 vliegtuigbewegingen en die van 45.000 vliegtuigbewegingen (vtb). In 2020, na 25.000 vtb, zal er een evaluatie komen “van de effecten op de uitvoering van de business case, de invulling van de werkgelegenheidsambitie, de effecten op de duurzame landbouw en het vermijden van geluidhinder en de verstoring van de natuur”(blz. 4), waarna besloten wordt of men doorgroeit naar 45.000 vtb. Wat kan de status van een dergelijke evaluatie zijn als er nu reeds een vergunning (Luchthavenbesluit) wordt aangevraagd voor 45.000 vliegtuigbewegingen?

In de kabinetsreactie op het Alders-advies wordt terecht gewezen op het belang van een goede juridische verankering van de verdere ontwikkeling van Lelystad Airport in twee fasen. Wij verwachten een dergelijke verankering in het luchthavenbesluit, waarbij het volgende moet worden vastgelegd:

– onder welke condities niet tot de tweede fase mag worden overgegaan,

– welke (monitoring)gegevens tenminste als basis voor de evaluatie zullen dienen,

– de wijze waarop de evaluatie plaats zal vinden,

– de partijen die bij de evaluatie betrokken zullen worden.

Zeker het (moeten) inzetten van ingrijpende beheermaatregelen ter reductie van vogelaanvaringen dient naar onze mening te resulteren in het niet overgaan naar de tweede fase van de uitbreiding.

Wij verzoeken u reeds in dit stadium duidelijk(er) aan te gevenwaar de evaluatie precies uit zal bestaan en welke gegevens de basis voor die evaluatie vormen.

4 ) Het vermijden van woonkernen

Uit de verschillende kaarten wordt duidelijk het karakter van de provincie Flevoland ingrijpend zal veranderen door de uitbreiding van Luchthaven Lelystad. De rust en ruimte die Flevolanders gewend zijn, zal helaas grotendeels verloren gaan. Met name, maar niet uitsluitend,  de inwoners van Almere-Oost, Dronten, Biddinghuizen en Zeewolde zullen veel hinder ondervinden bij verschillende routevarianten. Alleen de geoptimaliseerde links linksom route lijkt woonkernen te vermijden.

5) Vliegveiligheid

De Oostvaardersplassen hebben een sterke vogelaantrekkende werking. Van en naar het gebied vinden dagelijks diverse foerageervluchten plaats (’s winters vooral van ganzen, ’s zomers met name van aalscholvers en lepelaars) naar en van diverse andere gebieden:  het middengebied van Flevoland, het IJsselmeer, de randmeren en veenweidegebieden in Noord- en Zuid-Holland, etc. Eenzelfde verschijnsel doet zich voor bij de andere Natura2000-gebieden in het onderzoeksgebied. Wij verzoeken in het MER het onderwerp vogelaanvaringen uitdrukkelijk ook in het licht van het bovenstaande te onderzoeken. Een deel van de langstrekkende vogels, onder andere verschillende roofvogels, vliegen op grote hoogte. Wij verzoeken het onderwerp vogelaanvaringen ook vanuit dit oogpunt specifieke aandacht te geven en om vanwege het relatief grote gevaar van aanvaringen met vogels bij vluchten naar en van Lelystad de vliegbewegingen van vogels in het gebied waar aanvaringsrisico’s te verwachten zijn, in het kader van het MER te onderzoeken met behulp van radarapparatuur en wel gedurende de totale openingstijd van de luchthaven inclusief extensiemogelijkheid.

In het onderzoek naar het risico van vogelaanvaringen met het oog op de vliegveiligheid zal niet alleen gekeken moeten worden naar de kans op dergelijke aanvaringen, maar ook naar de te verwachten gevolgen. Hoe groter de vogel resp. zijn gewicht, des te groter is de kans op een ernstig gevolg. Bij de vergelijking die in de ‘Analyse vogels & vliegveiligheid vliegveld Lelystad’ van Bureau Waardenburg gemaakt is tussen o.a. Schiphol en Lelystad Airport is dit aspect ten onrechte niet meegenomen, terwijl het aantal grotere vogels (met name zwanen, maar ook eenden) volgens tabel 3.3 van dit rapport in sommige maanden rond Lelystad duidelijk groter is dan rond Schiphol.

6) Passende beoordeling

In het kader van het MER zal voor de Natura2000-gebieden een passende beoordeling conform de Natuurbeschermingswet uitgevoerd moeten worden (tenzij voor een gebied overtuigend en zonder twijfel op grond van een effectenonderzoek kan worden aangetoond dat de voorgenomen ontwikkeling van de luchthaven geen negatieve effecten zal hebben op de natuurlijke kenmerken van het gebied of in het licht van de instandhoudingsdoelstellingen voor de beschermde soorten waarvoor het gebied is aangewezen).

Een passende beoordeling vereist onder meer

• dat ook effecten onderzocht worden die weliswaar optreden buiten de Natura2000-gebieden zelf maar wel gevolgen hebben op de voor de gebieden aangewezen beschermde soorten (externe werking);

• een onderzoek naar de cumulatie van deze effecten met die van andere bestaande en voorgenomen activiteiten die een of meer van de Natura2000-gebieden belasten.

Wij verzoeken om voor zover de passende beoordeling significant negatieve effecten niet kan uitsluiten in het MER beargumenteerd aan te geven

• of er geen andere bevredigende oplossing bestaat voor het bereiken van het doel dat met de ontwikkeling van de luchthaven wordt nagestreefd,

• en of er dwingende redenen van groot openbaar belang spelen die zwaarder wegen dan het belang van het beschermde natuurgebied,

• en zo ja,

− welke natuurwaarden (kwantitatief en kwalitatief) die verloren zouden gaan vooraf gecompenseerd moeten worden,

− hoe, waar en wanneer deze compensatie vorm zal worden gegeven.

7) Nog enkele omissies

– Wij missen in de  Notitie een weergave van vlieghoogtes. Zo is het niet duidelijk om welke hoogten het VFR boven verschillende kerngebieden van de Ecologische Hoofdstructuur zal vliegen.

– In hoofdstuk 3.4 worden te onderzoeken milieu-aspecten in een tabel weergegeven. Wij hebben nog enkele opmerkingen bij deze tabel.

Emissies: Wij zijn benieuwd hoe de ontwikkeling van de Luchthaven Lelystad past bij het voornemen van de Provincie Flevoland om energieneutraal te worden in 2020. Wij zien ook graag de CO2-uitstoot van de Luchthaven Lelystad onderzocht worden in de MER.

Waterkwaliteit: Het gaat hier ook, maar niet uitsluitend, om de effecten van de-icing op het grond- en oppervlaktewater en mogelijke kerosinelozingen.

Natuurbehoud en biodiversiteit: Ook de effecten van maatregelen om de vestiging of aanwezigheid van vogels (vogelwerende maatregelen) te voorkomen zien wij graag worden onderzocht in het MER. – Zoals in het Alders advies is opgenomen, verwachten wij ook onderzoek naar de gevolgen van de uitbreiding van de Luchthaven op trekvogels: zowel seizoenstrek als dagelijkse trek.

– Het IJsselmeer en Ketelmeer worden in de Notitie niet genoemd als behorend tot het studiegebied. Bij gebruik van de basisvariant van de uitvliegroute in de baanrichting zuidwest (zie kaart 1 van bijlage 2 van de Notitie) wordt echter niet alleen over de Oostvaardersplassen op slechts een hoogte van 3000 voet (of nog minder) gevlogen, maar ook over het Markermeer, het Ketelmeer en over het IJsselmeer tot halverwege de Oostvaardersdijk en de Afsluitdijk.

De Natura2000-gebieden IJsselmeer en Ketelmeer moeten daarom ook opgenomen worden in het studiegebied, in ieder geval voor het onderzoek naar de effecten van de hier genoemde uitvliegroute.

Voor meer informatie over onze zienswijze kunt u contact opnemen met Robert Atkins, beleidsmedewerker via 0320 253505 of r.atkins@nmfflevoland.nl